De Baltische Republieken

De val van het stalinisme leidde ook tot de onafhankelijkheid van de baltische staten; Letland, Estland en Litouwen. Deze drie landen waren deel van de Sovjet Unie tussen 1945 en 1991. Hun geschiedenis is geschreven door nationalisten, anticommunisten en hedendaagse neo-liberalen.

Tot de Russische revolutie van 1917, waren de baltische landen deel van het Russische Imperium. Ze behoorde tot het westerse Russische Rijk en hadden net als de rest van het Imperium zwaar te lijden onder de tsaristische regimes. Na de februari revolutie van 1917 grepen nationalistische groepen de macht in de baltische staten. Deze nationalisten wouden onafhankelijkheid en konden dankzij het chaos in Rusland tussen februari en oktober de macht in hun landen overnemen.

In oktober 1917 kwamen de bolsjewieken aan de macht. Het nieuwe Sovjet Rusland viel meteen in een burgeroorlog, met aan de ene kant de witte legers en aan de andere kant het rode leger. Met de val van de Duitse monarchie in 1918 ontstond een vacuüm waarin veel partijen streden om de macht in oost Europa.

In Letland werd een sovjet regime geïnstalleerd dat populair werd onder de arbeiders. Echter de boeren wouden niets weten van de socialistische revolutie. Ze weigerde om voedsel te produceren voor de steden en saboteerde de voedsel voorziening. Hardhandig voerde het Letse sovjet regime maatregelen uit tegen de boeren bevolking. Hierdoor verloren de Letse bolsjewieken heel wat steun en al snel viel de Letse Sovjet Republiek.

In Estland gebeurde het zelfde. Daar werden de bolsjewieken ook verslagen en terug gedrongen naar Rusland. De huidige regeringen van de baltische landen noemen die oorlog ook wel de vrijheidsoorlog of de strijd om onafhankelijkheid. Dat is een leugen want het was geen oorlog om vrijheid. Het was een oorlog om macht en echt vrij zouden de arbeiders nooit worden.

In 1919 moest Sovjet Rusland zich terug trekken uit de baltische landen. Met steun van de Duitse en witte legers werden de bolsjewieken terug gedreven. De locale sovjet republieken werden omver geworpen en hun leiders moesten vluchten. De Russische burgeroorlog liep toen nog in het voordeel van de witte legers, daardoor was Lenin gedwongen om de baltische landen op te geven.

Een jaar later in 1920 erkende Lenin de onafhankelijkheid van; Estland, Letland en Litouwen. Veel aanhangers van de bolsjewieken werden hard aangepakt. In Letland werden ze monddood gemaakt, meteen al in 1920 en hun partij verboden ( Heel democratisch! ). In Litouwen mochten de communisten tot 1926 hun mening zeggen, toen werden ze ook monddood gemaakt met de opkomst van de Litouwse rechtse dictatuur. In 1924 probeerde de Estse communisten zelfstandig een revolutie uit te voeren tegen de regering van Estland. Die mislukte en de communistische partij verloor veel steun onder de Estse bevolking.

Na de stalinistische contrarevolutie in 1928 werd de Sovjet Unie het privé bezit van Joseph Stalin. Net als andere Russische stalinisten, had hij flink de pest er aan dat het de Sovjet Unie niet gelukt was om die landen ( Inclusief Finland) te veroveren in 1918. Stalin gaf de locale communisten de schuld, volgens hem waren zij verantwoordelijk voor de mislukte revoluties van 1918. Tijdens de grote zuiveringen in de Sovjet Unie tussen 1934 en 1936 liet Stalin bijna alle communistische vluchtelingen uit de baltische staten executeren.

Ondertussen waren twee van de drie baltische staten autoritaire  dictaturen geworden. Kārlis Ulmanis was de eerste premier van Letland en ook haar eerste dictator. In 1934 trok hij alle macht naar zich toe en voerde een autoritair regime. Antanas Smetona werd de autoritaire president van Litouwen, nadat hij in 1926 de macht had overgenomen. Grote delen van Litouwen waren geannexeerd door Polen, Smetona bestuurde slechts een klein gedeelte van het hedendaagse Litouwen.

In de jaren dertig werd Oost Europa bestuurd door dictators. Deze dictators ware genadeloos voor communisten en socialisten. Alleen al in Hongarije werden 5000 linkse burgers vermoord door het regime van István Bethlen. In 1939 vielen de Duitsers Polen binnen. De Sovjet Unie viel op haar beurt oost Polen aan en bezette daarbij ook nog eens Letland, Estland en Litouwen. Stalin was tevreden, hij had de baltische naties weer terug veroverd. Toen zette hij zijn ogen op Finland, maar daar liet het geluk hem in de steek. De winteroorlog van 1939-1940 werd gewonnen door de Finnen. Woedend liet Stalin duizenden officieren neerschieten. Maar het was zijn eigen incompetentie die er voor zorgde dat het rode leger de winteroorlog verloor.        

Door de sovjet bezetting ontstond een anticommunistisch gevoel bij veel burgers van de baltische naties. Toen de nazi’s in 1941 de aanval openende op de Sovjet Unie werden ze als helden binnen gehaald in de baltische landen. De nazi propaganda machine maakte daar dankbaar misbruik van om de baltische landen neer te zetten als anticommunistisch, die blij waren met de Duitse “bevrijding”

En inderdaad veel baltische soldaten deden mee met de Waffen SS en de Wehrmacht. Ze pleegde daarbij ook misdaden tegen de mensheid en terroriseren de sovjet bevolking. Maar in eigen land merkte ze al snel dat de nazi’s niet veel beter waren dan Stalin en zijn boeven. Toen de baltische burgers zich gingen verzetten begonnen de nazi’s met hun gruwdaden. Joden werden massaal vervolgd en gedeporteerd naar concentratiekampen.

Eind 1944 bereikte het rode leger de baltische staten. De Duitsers werden verjaagd en de stalinisten herstelde hun gezag. Nationalistische partizanen probeerde zich te verzetten, maar werden één voor één opgejaagd en geëxecuteerd. Stalin’s wraak was enorm. Alleen al in Letland werden 120.000 burgers gedeporteerd naar sovjet concentratiekampen. Na de oorlog moesten de baltische staten de sovjet economie accepteren en zo begon 40 jaar van Sovjet bezetting en onderdrukking.

In Estland vochten de partizanen nog tot 1956 tegen het stalinistische bewind. In 1949 gaven 9000 van hun zich over aan de Sovjet autoriteiten. Na de mislukte opstand van de Hongaren in 1956, gaven de laatste 700 strijders zich over. Stalin’s dood zorgde er voor dat het terreur tegen de baltische staten verminderd werd. De Sovjet Unie deed enorm haar best om de landen te industrialiseren. Toch bleef diep in de bevolking een haat bestaan tegen het Russische stalinisme dat ze foutief aanzagen als communisme.

De baltische staten werden altijd gezien als bezette gebieden door het westen. Maar zich echt inzetten voor die mensen durfde de westers landen niet. Nee, Estland, Letland en Litouwen waren deel van de USSR, dat moest men maar accepteren. En inderdaad 40 jaar lang deed iedereen alsof het normaal was dat drie landen bezet waren. De burgerlijke media berichtte vaak over oost Duitsland, Polen en Hongarije, maar over de bezette baltische staten werd weinig gezegd.

Na de opkomst van Gorbatsjov in 1985 kwam het oude nationalisme terug. Jongeren wouden westerse vrijheid en demonstreerde tegen het sovjet bewind. In 1989 viel de muur en al snel verklaarde zich de baltische staten weer onafhankelijk van Rusland. Deze keer accepteerde de Sovjet Unie hun onafhankelijkheid. Na de val van het stalinisme in 1991, begonnen de baltische geschiedenis schrijvers met de gelijkschakeling van het communisme met het stalinisme.

Die gelijkschakeling begon al in de jaren 90. De communistische partijen van de baltische sovjet republieken werden bij wet verboden. De rode ster en de hamer en sikkel ook. Het communistische ideaal werd gelijkgeschakeld met het stalinistische terreur regime van Stalin. De kapitalistische regeringen gaven het communisme de schuld van alle ellende. 

Oude fascistische strijders  kregen weer aandacht in de baltische naties, terwijl alle sovjet strijders neergezet werden als bezetters en duivels. Tegenwoordig zijn Letland, Estland en Litouwen, economisch gezien niet onafhankelijk. Ze denken dat ze het zijn, maar dat is een illusie. Ze zitten gevangen in het net van het kapitalisme. Buitenlandse bedrijven besturen de banken en industrie. Met de economische crisis op komst kan nog veel onheil komen over de baltische arbeiders.

Tegenwoordig proberen de nationalistische regimes in de Baltische staten het communisme zwart te maken. Ze proberen een Europees verbod in te voeren op de rode ster en de hamer en sikkel. Slim genoeg merkte men in Estland op dat deze symbolen echter meer zijn dan wat Stalin er van gemaakt heeft. Terwijl men in Letland en in Litouwen opgepakt kan worden omdat men een rode ster draagt, is dat nog niet het geval in Estland. Toch schrijft hun geschiedenis nog altijd over de slechte Lenin die hun vrijheid wou verwoesten. De slechte bolsjewieken die in 1917 hun land wouden bezetten. Zo leren de jongeren hun geschiedenis. Geen wonder dat ze anticommunistisch zijn, ze weten niet eens wat communisme inhoudt. Ze weten alleen dat in naam van Lenin hun land werd bezet in 1945 en dat hun ouders 40 jaar lang onder dat ideaal moesten leven.

Maar de vraag blijft; Welke vrijheid wouden de bolsjewieken verwoesten ? De vrijheid voor de nationalistische aanhangers van die rechtse dictaturen die in de jaren 30; Letland en Litouwen bestuurde? Of de vrijheid voor de kapitalistische elite, die de industrie in bezit had en nu weer heeft? De baltische landen waren een speelbal in verschillende visnetten. Duitsers en Russen probeerde die naties in hun macht te krijgen. Nu kunnen de baltische burgers zich zelf besturen. Maar echt onafhankelijk zijn ze nog steeds niet. Ze zitten nog altijd vast in het net van het wereld kapitalisme.   
     
Het gelijkschakelen van socialistische symbolen met fascistische symbolen is een misdaad. Het is inderdaad waar dat de stalinisten die symbolen misbruikt hebben voor hun misdadige regimes, maar er zit ook een andere geschiedenis vast aan die symbolen. Maar die geschiedenis willen ze niet weten. Dat de rode ster ook een symbool van arbeidersvrijheid is,  dat is onbekend in de baltische landen. Sovjet symbolen zijn door Stalin misbruikt net zo als het hakkenkruis door Hitler, dat ook geen slecht symbool van natuur is. Maar de huidige rechtse regeringen willen dat juist laten geloven. Ze willen juist dat de burgers anticommunistisch worden. Zo kan het kapitalisme haar greep op de drie republieken vast houden en het enigste alternatief ( Socialisme ) neerzetten als totalitair en slecht.

De economische crisis van 2008 bracht veel ellende over de baltische republieken. Vooral de arbeiders werden het slachtoffer. Jonge studenten kregen hoge schulden en veel gezinnen leven van een zeer lage uitkering. Dit is dus de vrijheid waar de kapitalisten in 1990 over brulden. De vrijheid van het grote geld, om arbeiders en hun gezinnen uit te buiten. Voor Letland, Estland en Litouwen is maar één oplossing mogelijk. Ze moeten zich verenigen in een Baltische Socialistische Federatie, die de strijd aan gaat tegen het kapitalistische Europa en het imperialistische Rusland. Alleen, maken de drie republieken geen schijn van kans tegen het internationale kapitalisme!







De Baltische republieken zijn nu 23 jaar zelfstandig! 

Strijd, Solidariteit, Socialisme

Strijd, Solidariteit, Socialisme